De Veense Bomenroute
Maak tijdens deze wandelroute kennis met onder andere de monumentale beuken op het Stationsplein en leer over de super moderne groeiplaatsconstructies onder de jonge bomen in de Hoofdstraat.
Loop de Veen's Bomenroute
Locatie | Veenendaal centrum |
Afstand | 5.2 kilometer |
Duur | 75 - 90 minuten |
Startpunt | Frisia Villa, Kerkewijk 8, 3901 EG Veenendaal |
Start
Start je route voor de Frisia Villa (voor t'Zusje) op de Kerkewijk 8 in Veenendaal. Voor het monumentale pand staat een bruine beuk. Dit is de eerste boom op deze route. Fotografie: Arjenne Niessink, John Niessen en Coby van de Heuvel
Wetenschappelijke naam: Fagus sylvatica ‘Atropunicea’
Plantjaar: ca. 1910
Deze bruine beuk is één van de weinig overgebleven monumentale bomen in Veenendaal. De boom is rond 1910 geplant en inmiddels dus al ruim 100 jaar oud. Kenmerkend voor de bruine beuk is het donkerrode blad, dit in tegenstelling tot de gewone beuk (Fagus sylvatica) die groen blad heeft.
Het wortelgestel van beuken bestaat uit veel oppervlakkige wortels die enorm gevoelig zijn voor veranderingen in de groeiplaats. Ophogen of afgraven van grond, maar ook het aanbrengen van verharding rondom de boom kunnen het afsterven van met name oude beuken tot gevolg hebben. De schors van de bomen is erg dun en daardoor zijn beuken extreem gevoelig voor zonnebrand. Om die reden overleven beuken het zelden wanneer naastgelegen bomen of gebouwen verwijderd worden en er ineens direct zonlicht op de stam komt.
Luisterfragment I Bruine beuk levert jaarlijks 350 dagen zuurstof voor 1 persoon
Luisterfragment I Frisia Villa
Navigatie naar volgende locatie
Loop naar het zuiden op de Kerkewijk, richting de Duivenwal. Steek bij de stoplichten over. Sla zodra je over de brug bent direct rechtsaf naar de Kanaalweg. De bomen staan aan de rechterzijde langs het Valleikanaal.
Wetenschappelijke naam: Salix x sepulcralis 'Chrysocoma'
Plantjaar: ca. 1970
Langs de Kanaalweg staan prachtige treurwilgen. Op het gedeelte tussen de Kerkewijk en de Lindelaan staan er slechts een paar treurwilgen, maar zou je verder lopen richting het zwembad dan kom je nog een groot aantal prachtige exemplaren tegen. Van oudsher worden wilgen als knotwilg, hakhout en opgaande bomen in grienden en in het landschap geplant. Bekende grienden zijn wilgenhakhout opstanden die al meer dan 2.300 jaar bestaan. Wilgenhout wordt al sinds mensenheugenis gebruikt voor allerlei doeleinden. Denk aan manden, vlechtwerk voor tuinafrasteringen, gereedschap stelen, afrasteringen, papierproductie, veevoer en natuurlijk klompen. Wist u dat wilgenhout zelfs geschikter is dan populierenhout om klompen van te maken omdat het wilgenhout meer waterdicht is?
Als het om biodiversiteit gaat is de wilg een ware kampioen! De wilg biedt voedsel aan meer dan 450 insectensoorten en er leven op wilgen meer dan 80 gallen. Mede hierdoor is deze inheemse soort van groot belang voor onze Nederlandse natuur.
Navigatie naar volgende locatie
Loop naar het westen op de Kanaalweg, richting de Lindenlaan. Sla linksaf naar de Lindenlaan en vervolgens gelijk weer de eerste weg linksaf naar de Eikenlaan. De bomen staan vanaf halverwege de Eikenlaan aan de rechterzijde.
Wetenschappelijke naam: Quercus rubra
Plantjaar: ca. 1960
De Amerikaanse eik (Quercus rubra) is een boomsoort die van oorsprong niet in Nederland voor komt. Sinds 1825 wordt deze, van origine uit het oosten van Noord -Amerika afkomstige boom, massaal aangeplant in de Nederlandse bossen. Een van de redenen hiervoor was dat de boom geen last had van schadelijke insecten en daardoor een makkelijke onderhoudsvrije boom was. Inmiddels maakt de Amerikaanse eik een aanzienlijk onderdeel uit van onze bossen, parken en vinden we hem zelfs midden in de stad terug. De boom valt vooral op in de herfst als zijn bladeren een prachtige geelbruine tot knalrode herfstkleur vertonen. Iets wat we bij de inheemse zomereik (Quercus robur) niet zien.
Luisterfragment: De doolhofzwam
Navigatie naar volgende locatie
Loop naar het zuidoosten op de Eikenlaan, richting de Populierenlaan. Sla aan het eind van de Eikenlaan rechtsaf naar de Kerkewijk. De boom staat direct achter het Monument Watersnood 1855.
Wetenschappelijke naam: Populus nigra ‘Italica‘
Plantjaar: ca. 1950
De Italiaanse populier kenmerkt zich door zijn smalle zuilvormige kroon met stijl opgaande takken. Volwassen Italiaanse populieren worden ruim 25 meter hoog en zijn zeer windbestendig. Ze worden dan ook vaak aangeplant als windscherm. De boom is een cultivar van de inheemse zwarte populier (Populus nigra) en voelt zich uitstekend thuis op voedselrijke bodems. Naarmate de Italiaanse populier ouder wordt vormt hij grote wortelaanzetten. Dit worden ook wel plankwortels genoemd. Bij deze boom zijn daar de eerste tekenen zichtbaar van.
In de 19e eeuw is deze karakteristieke populier uit Lombardije (Italië) over heel Europa verspreid. Vaak wordt er van populieren gezegd dat ze maar een korte levensduur hebben. Voor de Italiaanse populier geldt dat zeker niet. In Amsterdam zien we bijvoorbeeld een grote hoeveelheid oude Italiaanse populieren staan. De meesten zijn in de jaren '20 en '30 door stadsarchitect Berlage toegepast als herkenningspunten in de stad. Mijn twee favoriete Italiaanse populieren staan in de tuin van het Rijksmuseum. De bijna 100 jaar oude populieren staan als 'wachters' links en rechts naast de Groninger en Deventer poort die toegang geeft tot de tuin van het museum.
Luisterfragment: Watersnood Veenendaal 1855
Navigatie naar volgende locatie
Wanneer je bij het Monument Watersnood 1855 staat en je omdraait kijk je naar de Engelenburg. De volgende boom staat op het gazon voor het gebouw.
Wetenschappelijke naam: Quercus palustris
Plantjaar: ca. 1940
De moeraseik komt van oorsprong voor in het noordoosten van de Verenigde Staten. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden is de boom niet geschikt om aan te planten in natte omstandigheden. In de herfst verkleurt het blad van de boom fel rood.
Moeraseiken kenmerken zich door een opvallend rechte stam en veelal nagenoeg horizontaal aangehechte takken. Deze moeraseik vormt hierop een uitzondering en heeft een iets meer opgaande takstructuur. De karakteristieke vorm kun je bijvoorbeeld wel zien bij de Moeraseiken op Begraafplaats De Munnikenhof. Een belangrijk deel van de hoofdstructuur van de bomen op de begraafplaats bestaat uit moeraseik.
Navigatie naar volgende locatie
Steek bij de stoplichten over richting Station Veenendaal Centrum. De bomen staan op het Stationsplein.
Wetenschappelijke naam: Fagus sylvatica
Plantjaar: ca. 1900
Op het Stationsplein staan ruim 20 volwassen beuken. Het is wellicht de meest karakteristieke boomgroep met oude bomen in Veenendaal. Het afgelopen decennia zijn een aantal beuken uit veiligheidsoverweging gekapt. Op de locatie van de verwijderde bomen zijn nieuwe beuken aangeplant. Met de juiste verzorging kunnen deze jonge beuken hopelijk uitgroeien tot gezonde en veilige oude bomen. Maar daarvoor moeten we minstens nog 80 jaar geduld hebben. Beuken zijn namelijk langzame groeiers. Beuken hebben een hele grote concurrentiekracht. Eiken hebben bijvoorbeeld veel licht nodig in tegenstelling tot beuken. Vooral in de jeugdfase kunnen beuken erg goed tegen schaduw. Het gesloten kronendak van de volwassen beuken neemt veel zonlicht weg. De consequentie hiervan is dat er onder beuken nagenoeg geen andere planten kunnen leven.
luisterfragment I Hoe verzorg je een jonge boom?
Navigatie naar volgende locatie
Loop vanaf het Stationsplein terug naar het Monument Watersnood 1855. Loop direct na het monument linksaf naar de Stationssingel. De boom staat na 30 meter links in het park.
Wetenschappelijke naam: Platanus x hispanica
Plantjaar: ca. 1960
Deze plataan is de meest voorkomende platanensoort in Nederland. In veel mindere mate wordt de oosterse plataan (Platanus orientalis) aangeplant. Platanen zijn snelgroeiende bomen met een brede grillige kroon. Volwassen bomen worden tot wel 30 meter hoog. Opvallend bij platanen zijn de puzzelvormige schorsplaten die van de stam vallen. Hierdoor wordt de veel lichtere onderschors zichtbaar wat een prachtig beeld geeft. Een ander opvallend kenmerk zijn de grote handlobbige bladeren die wel 25 cm groot kunnen worden.
Navigatie naar volgende locatie
Volg de Stationssingel en ga aan het eind (voor het tunneltje) met de bocht mee naar de Kastanjelaan. Loop de Kastanjelaan uit tot aan de Kanaalweg. Ga rechtdoor over de brug over het Valleikanaal. Ga voor het tunneltje naar links en vervolgens bij de Trommelaar naar rechts. Ga vervolgens linksaf op de Weverij. Volg de Weverij totdat je aan je linkerzijde de Oude Begraafplaats ziet. De bomen staan langs het hek van de Oude Begraafplaats.
Wetenschappelijke naam: Fagus sylvatica
Plantjaar: ca. 1900
Aan de zijde van de Weverij staat een rij monumentale beuken. De bomen zijn met de intentie geplant om ze te onderhouden als beukenhaag, maar door gebrek aan onderhoud zijn de bomen uitgegroeid tot grote, hoog opgaande bomen. De beuk is een inheemse boomsoort die onder optimale omstandigheden honderden jaren oud kan worden. In september-oktober vormt de boom zijn kenmerkende vruchten. De beukennootjes zijn driekantig en zitten in een stekelig bolster dat openspringt zodra het rijp is.
luisterfragment: De oude begraafplaats van 1829
Navigatie naar volgende locatie
Als je de begraafplaats op loopt staat de volgende boom links achterin naast het hek.
Wetenschappelijke naam: Quercus robur
Plantjaar: ca. 1920
De zomereik is onze eigen inlandse eik met een rijke historie. Vanouds werden alle delen van de eik gebruikt. Naast timmerhout en brandhout werden de eikels gebruikt als veevoer en de bast als leerlooistof. Onder gunstige omstandigheden kunnen zomereiken heel oud worden. In Nederland is dat tot wel 500 jaar oud, maar in landen als Duitsland en Engeland staan eiken die meer dan 1.000 jaar oud zijn. Van alle gemeentelijke bomen in Veenendaal komt de zomereik het meest voor (circa 21%). De ecologische waarde van de zomereik is enorm. Er komen meer dan 400 verschillende soorten insecten op de boom voor of zijn er van afhankelijk.
Toch komt de zomereik regelmatig negatief in het nieuws. Dit in verband met de aanwezigheid van de eikenprocessierups. Van de aanwezigheid van de rups heeft de boom zelf overigens nauwelijks last. Het is vooral een probleem voor de volksgezondheid.
luisterfragment I Jeukrupsen
Navigatie naar volgende locatie
Loop naar het noorden op de Weverij, richting de Blekerij. Sla linksaf naar de Kalanderij en sla vervolgens rechtsaf naar het Kostverloren. Steek aan het eind van de weg rechtdoor de Zandstraat over en loop de Julianastraat in. De bomen bevinden zich links en rechts van de rijbaan in het trottoir.
Wetenschappelijke naam: Robinia pseudoacacia
Plantjaar: ca. 1975
Het bomenbestand in de Julianastraat wordt gekenmerkt door acacia’s. Kenmerkend voor de acacia is zijn diep gegroefde schors en de scherpe doorns op de twijgen. De vruchten van de acacia zitten in kleine peulen. De boom komt van oorsprong uit de Verenigde Staten, maar is inmiddels volledig ingeburgerd in Europa. Het hout van de acacia behoort tot één van de meest duurzame houtsoorten in Europa, maar laat zich minder goed bewerken dan bijvoorbeeld tamme kastanje en zomereik.
De afgelopen jaren zijn verschillende acacia's in de Julianastraat om veiligheidsreden gekapt. De gemeente Veenendaal heeft hiervoor verschillende andere boomsoorten terug geplant.
luisterfragment I Europees hardhout
Navigatie naar volgende locatie
Loop naar het noorden op de Julianastraat en ga na 200 meter naar links de D.S. van Schuppenstraat in. Sla de eerste weg rechtsaf naar de J.P.C. Leinweberstraat. De bomen staan aan beide zijden van de straat in de groenstroken.
Wetenschappelijke naam: Tilia X Europaea
Plantjaar: ca. 1950
De laanbeplanting met Hollandse linden maken van de J.P.C. Leinweberstraat één van de mooiste bomenstraten van Veenendaal. De inmiddels volwassen bomen zijn aangeplant rond 1950 en hebben inmiddels een hoogte van ruim 20 meter. De Hollandse linde is zoals de naam al doet vermoeden een inheemse boomsoort die op grote schaal is aangeplant.
De 26 bomen in de J.P.C. Leinweberstraat leveren een grote hoeveelheid ecosysteemdiensten. Totaal ligt er bijvoorbeeld meer dan 20 ton koolstof opgeslagen. Daarnaast vangen de 26 linden jaarlijks 11,5 kilogram fijnstof af uit de lucht. Zou je de bomen verwijderen voor nieuwe jonge linden dan moet je 270 bomen planten om het verlies aan fijnstof afvang direct te compenseren!
luisterfragment I Ecosysteemdiensten, de groene baten van bomen
Navigatie naar volgende locatie
Loop de J.P.C. Leinweberstraat uit en ga aan het eind naar links. Sla bij de Munnikenweg af naar links. Na 150 meter ga je rechtsaf bij de entree van de begraafplaats. De bomen bevinden zich aan de achterzijde van het uitvaartcentrum.
Wetenschappelijke naam: Pterocarya fraxinifolia
Plantjaar: ca. 1980
De Kaukasische vleugelnoot komt van oorsprong uit Noord-Perzië en de Kaukasus. De boom is rond de achttiende eeuw in West-Europa geïntroduceerd. Het is een vrij snelgroeiende boom die een brede kroon ontwikkeld. Vleugelnoten houden van vochtige, vruchtbare bodems en zijn door hun brede kroon vooral geschikt als parkboom. Vleugelnoten zijn nauw verwant aan walnoten. Kenmerkend voor de vleugelnoot zijn de vruchten, die in lange slierten naar beneden hangen. De boom dankt zijn naam aan deze gevleugelde vruchten. De Kaukasische vleugelnoot die hier in het gazon staan zijn vrij kort na de bouw van rouwcentrum Munnikenhof geplant.
Navigatie naar volgende locatie
Verlaat de begraafplaats en ga linksaf de Munnikenweg op. Volg de Munnikenweg en vervolgens de Vendelseweg. Ga aan het eind van de Vendelseweg rechtsaf naar de Nieuweweg. Loop de Nieuweweg helemaal uit. Zodra je de Willem de Zwijgerstraat aan je rechterhand bent gepasseerd ga je na ongeveer 50 meter bij de glasbak rechtsaf de Oranjestraat in. Je loopt nu tussen de bomen door.
Wetenschappelijke naam: Tilia X Europaea
Plantjaar: ca. 1945
Leibomen zijn tegenwoordig een soort modegrill. Vaak aangeplant op de erfgrens tussen twee tuinen om te dienen als een soort van ‘haag op poten’. De linde is een veel gebruikte leiboom. De soort verdraagt snoei goed en de takken zijn in de jeugdfase vrij eenvoudig te langs een raamwerk te leiden. Naarmate leilinden ouder worden krijgen ze een bijzondere uitstraling. We kennen ongetwijfeld allemaal voorbeelden van oude boerderijen met aan de voorzijde imposante leilinden. De leilinden als cultuurboom. Hier in de Oranjestraat beginnen de leilinden ook al iets van de status en uitstraling te krijgen. Een bijzondere bomenlaan met potentie om zich op termijn te ontwikkelen tot een cultuurhistorisch monument.
luisterfragment I De Engelse Stad
Navigatie naar volgende locatie
Als je de Oranjestraat bent uitgelopen ga je linksaf richting de Weverij. Sla bij de Weverij rechtsaf en loop richting de rotonde met de Zandstraat. Bij de rotonde sla je linksaf de Zandstraat op. De bomen staan ter hoogte van het gebouw de Troubadour.
Wetenschappelijke naam: Alnus x spaethii 'Spaeth'
Plantjaar: ca. 1994
Deze elzen zijn ontstaan uit een kruising tussen Japanse els en Kaukasische els. De elzen worden 15-20 meter hoog en kenmerken zich door een mooie rechte stam en kegelvormige kroon. Het is een snelle groeier die in optimale omstandigheden tot wel 1 meter lengtegroei per jaar kan maken.
Navigatie naar volgende locatie
Volg de Zandstraat richting het centrum. Sla ter hoogte van het Scheepjeshofplein rechtsaf naar de Hoofdstraat. De bomen staan links en rechts in de Hoofdstraat.
Wetenschappelijke naam: Ulmus ‘Columella’
Plantjaar: 2011
De iep (ook wel olm genoemd) is in het recente verleden enorm geteisterd door de iepenziekte. De iepenziekte wordt veroorzaakt een schimmel. Iepenspintkevers zijn vaak besmet met schimmelsporen en infecteren daarmee gezonde iepen. Op deze manier verspreidt de ziekte zich. Sinds de ontdekking van de iepziekte in Nederland in 1919 en 2000 is naar schatting negentig procent van de iepen door de iepziekte of door preventief ruimen verdwenen. Gelukkig zijn er tegenwoordig verschillende ziekteresistente cultivars en soorten beschikbaar en worden iepen weer volop aangeplant. En dat is niet meer dan terecht want de iep is een prachtige, oer Hollandse boom. Eén van de kenmerkende eigenschappen van een iep is zijn blad. De iepenbladeren zijn ruw en vertonen een kenmerkende scheve bladvoet.
De iepen in de hoofdstraat zijn Ulmus ‘Columella’. Dit is een populaire iep omdat de boom een vrij smalle kroonvorm heeft en het feit dat deze iep zeer resistent is tegen iepenziekte.
luisterfragment I Moderne groeiplaatsconstructies voor optimale ontwikkeling
Navigatie naar volgende locatie
Loop de Hoofdstraat door richting het startpunt van de bomenroute.